Junius (‘maar iedereen noemt me JJ’) is een echte gentleman. Een heer op leeftijd, tot in de puntjes verzorgd. Achter dat keurige voorkomen gaat een man met trauma’s schuil. Hij heeft al specialistische hulp gehad, maar omdat de spoken uit zijn verleden hem blijven achtervolgen, wacht hij nu weer op behandeling bij een traumabehandelcentrum. Tot het zover is, heeft hij veel steun aan de gesprekken met Imke, psychosociaal ondersteuner bij Dokters van de Wereld.
De Bijlmerramp
De maand oktober is de zwaarste maand voor Junius. Dan komen de herinneringen in volle hevigheid terug. Herinneringen aan 4 oktober 1992, toen een El Al vliegtuig zich in zijn flat Kruitberg in de Amsterdamse Bijlmer boorde. Vlak voor dat fatale moment had Junius zijn vrouw en dochters gedag gezegd en was naar buiten gegaan om zijn motor te verplaatsen. Daar hoort hij even later de klap.
Sindsdien bestaat de oude Junius niet meer. De Junius van voor de ramp had een gezin, een baan en een woning, de Junius van daarna moet omgaan met het verlies van zijn twee dochters en met een vrouw die weliswaar levend, maar zwaar verbrand in het puin werd teruggevonden.
‘Ik weet wel dat het niet mijn schuld is, maar het is zo moeilijk om ermee om te gaan. Soms voelt het alsof ik beter dood kan zijn.’
Zijn vrouw besloot na haar herstel terug te gaan naar haar familie op de Antillen, Junius bleef alleen achter. Hij raakte zijn baan kwijt, verloor zijn papieren en belandde uiteindelijk in een opvanghuis.
Een druk hoofd
‘Mijn hoofd is zwaar, zo zwaar. Het voelt alsof ik alcohol heb gedronken, maar ik hou helemaal niet van alcohol. En die geur… die geur gaat maar niet weg. De geur van brand. Die zit in mijn neus en maakt me misselijk. Het lijkt alsof ik moet overgeven, maar dat gebeurt niet.’ Laatst, tijdens het tv-kijken, rook hij opeens Odol mondwater. Dat deed hem onmiddellijk aan zijn ex-vrouw en overleden dochters denken. “Ik heb toen heel hard “Souzi” en “Lisandra” geroepen, de namen van mijn dochters.’
Junius wil niets liever dan dat ‘die dingen’ weggaan uit zijn hoofd. Daarom liep hij een tijdje geleden binnen bij Dokters van de Wereld, waar hij sindsdien om de week gesprekken voert met vrijwilliger Imke. In het dagelijks leven werkzaam als psycholoog bij een psychotraumacentrum, in haar vrije tijd begeleidt ze mensen als Junius om de wachttijd tot de start van hun GGZ-behandeling door te komen. Zij houdt Junius, die onafgebroken aan het woord is en zijn verhaal afwisselend in het Nederlands en Engels vertelt, bij de les. Ze vraagt door, dwingt hem te focussen. Ook geeft ze hem praktische tips en complimenten. "Je doet het goed, Junius. Je hebt afleiding gezocht als het in je hoofd te druk werd."
Rozen en pompoenen
Junius op zijn beurt vertrouwt Imke en is blij met de steun die hij van haar krijgt. Dat helpt hem om structuur aan te brengen. 'Ik geef niet op. Ik wil bezig blijven. Als het even kan, ben ik in de tuin te vinden. Afgelopen week heb ik zaadjes gekocht en stokken voor de rozen. Ook verzorg ik de appelboom en verbouw ik kleine pompoenen. Weer of geen weer. Laatst heb ik nog water gegeven terwijl het regende. Gewoon, om maar iets te doen te hebben.'
Hij lacht er enigszins verontschuldigend bij. Ook maakt hij fietstochten, werkt hij af en toe als fietsenmaker en komt hij om de week keurig op tijd naar het Amsterdamse kantoor van Dokters van de Wereld voor zijn ontmoetingen met Imke. Alles om maar een doel in het leven te hebben.
Junius: 'Ik ben trots op hoe ik met alles omga. Als ik om me heen kijk, zie ik zoveel mensen die er erger aan toe zijn dan ik. Mijn kamergenoot in de opvang bijvoorbeeld, die verzorgt zichzelf slecht. Hij stinkt naar zweet en houdt mij 's nachts wakker met zijn gesnurk.' Of neem mensen die denken dat ze achtervolgd worden, of mensen zien die er niet zijn. Dat heeft Junius allemaal niet. Hij blijft alleen die vreselijke brandgeur ruiken.
---
Noot van de redactie: Dit gesprek vond plaats in 2022. Een paar weken na het interview startte Junius zijn behandeling bij een traumacentrum. Lees hier wat Dokters van de Wereld doet op het gebied van psychosociale ondersteuning.
Vrijwilliger Imke: 'Het is fijn om weer een twinkeling in ogen te zien'
Imke is psycholoog bij een psychotraumacentrum, waar ze mensen met PTSS-klachten behandelt. Daarnaast werkt ze als vrijwilliger bij Dokters van de Wereld in Amsterdam. Daar spreekt ze met mensen die kampen met meer dan alleen psychische problemen. 'Zij hebben vaak geen huis, geen geld, geen papieren en geen huisarts.'
Imke biedt mensen als Junius een luisterend oor en reikt praktische handvaten aan om moeilijkheden het hoofd te bieden. Ze maakt daarbij gebruik van de METS-methode, waarbij de focus niet ligt op de problemen - waar patiënten vaak geen controle over hebben - maar op het (her)ontdekken van de eigen kracht, sociale ondersteuning en het bewegen naar wat betekenisvol is in iemands leven. Imke: 'Door te kijken naar wie ze zijn en waar ze wél invloed op hebben, maken mensen zichzelf zo weerbaar mogelijk.'
Het doet Imke goed als ze merkt dat mensen zich meer durven te openen en hun klachten verminderen. 'Het is fijn om de twinkeling in hun ogen te zien als ik ze kom ophalen in de wachtruimte. Mensen vertellen me dat ze blij zijn dat er iemand is om naar hun verhaal te luisteren, dat er iemand voor ze is.'