Mohammed Shaheen is arts en ggz-specialist bij Dokters van de Wereld in Gaza. Al acht maanden leeft hij in angst: zullen zijn kinderen morgenochtend nog in leven zijn? Waar zal de volgende aanval plaatsvinden? In dit interview vertelt hij over de dagelijkse gruwelijkheden en over zijn missie om ondanks alles de bevolking in Gaza bij te blijven staan. 'We bidden en hopen dat het geweld stopt, dat er geen doden meer vallen, dat de vernietiging eindelijk ophoudt.'

Wat doet Dokters van de Wereld momenteel in Gaza?

'Sinds het begin van deze oorlog is alles verwoest. Er is in Gaza geen functionerend gezondheidszorgsysteem meer. Er zijn te weinig medicijnen en geen geschikte locaties meer om behandelingen uit te voeren. Dokters van de Wereld begon eind januari met het opzetten van twee medische posten in Rafah. Aanvankelijk boden we vooral spoedeisende zorg. Daarna zijn we ook gestart met het aanbieden van seksuele en reproductieve gezondheidszorg, moeder- en kindzorg en psychosociale ondersteuning. We ontvangen tussen de 600 en 700 patiënten per dag.'

Welke problemen komen jullie het meest tegen? 

'Er zijn extreem veel stress- en rouwgerelateerde aandoeningen. Mensen lijden enorm door het verlies van hun kinderen, dierbaren, huizen en werk. En dan is er ook het aanhoudende geweld. Stresssymptomen bereiken extreme niveaus: we zien dagelijks patiënten met psychomotorische agitatie, chronische mentale stoornissen, psychoses en epilepsiepatiënten die behandelingen nodig hebben die wegens tekorten niet beschikbaar zijn.

En bovenal is er depressie. Dankzij onze psychologen kunnen we psychologische consultaties, ondersteuningssessies en korte therapieën aanbieden, evenals medicatie voorschrijven. Er is echter een ernstig tekort aan geestelijke gezondheidszorg en medische diensten in het algemeen. We hebben dringend hulp nodig om deze situatie te verbeteren.'

Hoe komen jullie aan medisch materiaal? 

'We ontvangen donaties van de WHO en van Dokters van de Wereld uit andere landen. Maar helaas is onze voorraad gestolen uit ons kantoor in Rafah. We beheren het tekort zo goed mogelijk en proberen onze voorraad aan te vullen via de hulp van internationale organisaties. Tot nu toe lukt het ons om te voldoen aan de noden van de mensen die naar ons toe komen.'

Hoe slagen jullie er in om onder deze omstandigheden te werken? 

'Ons team lijdt ook onder de dagelijkse trauma's. Velen van ons hebben familieleden of vrienden verloren, en we zijn allemaal ons huis kwijtgeraakt. Herhaalde, ernstige trauma ontstaat ook doordat we steeds moeten vluchten van de ene plaats naar de andere. Sommige collega’s verhuisden de afgelopen acht maanden wel zes tot zeven keer.

Ondanks alles doen we ons best om anderen te helpen. We lijden, maar we blijven in staat om ondersteuning te bieden. We begrijpen wat mensen doormaken, omdat we het zelf ook ondergaan. Deze gedeelde ervaring helpt soms bij het vinden van oplossingen voor het dagelijks leven: hoe voedsel te vinden, transport te regelen en problemen met overbevolking, hygiëne en insectenplagen aan te pakken doordat er geen rioolwaterzuivering meer is. Maar wij hebben ook hulp nodig. Ons team heeft dringend steun nodig.'

Hoe is de situatie waar jij woont? 

'Toen het Israëlische leger de evacuatie van Rafah eiste, vluchtten mensen naar de stad Deir el-Balah in de Middle Area, waar ik nu ook woon met mijn gezin. De Middle Area is overvol en het rioolwaterzuiveringssysteem kan door het diesel- en stookolietekort het water niet naar de zee pompen. De straten lopen over met rioolwater. Het is wachten op epidemieën zoals hepatitis A, infectieziekten en huidaandoeningen, net als in Rafah. Er is geen drinkbaar water meer, en zelfs het zoute water dat voor sommige hygiënebehoeften wordt gebruikt, zoals handen wassen en douchen, is onvoldoende gezien het aantal mensen in het gebied.'

Is de Middle Area niet de veiligste plek in Gaza?

'Volgens het evacuatiebevel van het Israëlische leger is de Middle Area de veiligste plek, maar in werkelijkheid worden we nog steeds geconfronteerd met bombardementen, vooral in het oosten van Deir el-Balah. Er komt niets meer binnen in Gaza: geen voedsel, geen medicijnen, geen tenten en de voedselprijzen verdubbelen of verdrievoudigen. Door het brandstoftekort kunnen bakkerijen niet werken, waardoor het onmogelijk is brood te vinden. Alles wat we nog kunnen vinden, komt uit voorraden die de afgelopen maanden Gaza zijn binnengekomen.

Op de markt van Deir el-Balah is ingeblikt voedsel te koop zoals witte bonen, tuinbonen en vleesconserven. Er is een schrijnend tekort aan vers voedsel, kruiden, groenten, rijst, vlees, melk en eieren. Ik heb drie kinderen, de oudste is zes jaar, en ik zoek continu naar manieren om hen te voeden. We proberen wat bonen in te slaan en houden een kilo rijst achter, maar we verwachten het ergste.'

Waar hopen de inwoners van Gaza op?

'Iedereen in Gaza verliest de hoop, het is als een besmettelijke ziekte die om zich heenslaat. We kijken niet te ver vooruit, maar richten ons op de komende dagen. We bidden en hopen dat het geweld stopt, dat er geen doden meer vallen, dat de vernietiging ophoudt. We geloven niet meer in de toekomst. Velen van ons plannen om Gaza te verlaten, misschien niet nu, maar later. De kleinere verwoestingen van tien jaar geleden zijn nog steeds niet hersteld. Gezien de huidige situatie verwachten we dat het wel honderd jaar gaat duren voordat de problemen zijn opgelost, om de levens van mensen weer op te bouwen, huizen, schuilplaatsen en sanitaire voorzieningen te repareren. Ook daarom verliezen we de hoop.

We willen gewoon dat de bombardementen stoppen, zodat we weer zonder angst door de straten kunnen lopen. Er is geen school voor de kinderen. In de kampen proberen mensen de kinderen samen te brengen om met hen te spelen en psychosociale steun te bieden. Toch wil ik mijn kinderen daar niet heen sturen. Geen enkele plek is veilig, zelfs niet de aangewezen veilige zones. Het gaat niet alleen om tanks of grondoperaties, maar om luchtaanvallen en bombardementen die overal en op elk moment kunnen plaatsvinden. Het spijt me om dit te zeggen, maar ik geef er de voorkeur aan dat we als gezin samen sterven, dan dat een van mijn kinderen ver weg van mij omkomt.

Mijn vader was ziek toen het Israëlische leger zijn operaties in Khan Younis uitvoerde. De enige arts die voor hem kon zorgen was ik. Ik behandelde hem en plaatste zijn infuus. Er waren geen andere dokters. Geen medicijnen. Niets. Hij stierf binnen drie dagen.

Dit is niet alleen mijn verhaal; het is het verhaal van alle families hier in Gaza.'

Noodhulp

Geef  voor  Gaza

Sinds de escalatie van het conflict is onze hulpverlening zwaar getroffen. Ondanks de verschrikkelijke situatie verleent ons team er nog altijd hulp. Ook sturen wij medische apparatuur naar Gaza, waar een schreeuwend tekort aan is. Daar kan jij bij helpen!